Andreas Burnier, pseudoniem van Catharina Irma Dessaur, was een Nederlandse schrijfster. Onder haar eigen naam was ze van 1973 tot 1988 hoogleraar criminologie aan de Katholieke Universiteit Nijmegen.
Ze trouwde op haar 22ste, maar scheidde van haar man in 1961. Haar debuutroman was Een tevreden lach (lees hier meer). Burnier, die na haar scheiding openlijk uit de kast kwam als lesbisch, had voor deze roman haar ervaringen met het ontdekken van haar geaardheid als uitgangspunt genomen.
Burnier was de eerste auteur in de Nederlandstalige literatuur die op een volkomen vanzelfsprekende manier schreef over vrouwelijke homoseksualiteit en dit thema speelt ook in haar latere romans een belangrijke rol. Burnier schreef over de damesliefde en leefde met een vrouw toen dat nog volslagen taboe was en betekende daardoor, net als Gerard Reve, veel voor de emancipatie van homo's. Ook schreef Burnier in Het jongensuur over haar transgender-gevoelens: in dit boek, dat volgens haar een van haar meest autobiografische boeken is, wil de vrouwelijke hoofdpersoon Simone eigenlijk liever een jongen zijn.
Daarnaast was Burnier ook een belangrijke voorloper van de Tweede feministische golf aan het einde van de jaren zestig. Toen Dolle Mina nog moest worden opgericht, schreef Burnier al over het ongeluk geboren te worden in een vrouwelijk lichaam en als tweederangs beschouwd en geminacht te worden. Haar feministische opvattingen waren radicaal en ze was ontevreden over de wijze waarop de vrouwenbeweging haar strijd voerde.
Beeld: Atria.nl zie ook www.andreasburnier.nl